Overeenkomstig de wens die een grote meerderheid van actoren op de huurmarkt uitsprak tijdens een raadpleging in de zomer van 2015 over de regionalisering van de woninghuurovereenkomst* zijn de referentiehuurprijzen niet bindend. Men was namelijk van oordeel dat een strikte bevriezing van de huurprijzen of een te bindend kader tot een aanzienlijke desinvestering van de verhuurders in hun woningen of in de Brusselse bouwsector zou kunnen leiden.

* Studie uit 2015 uitgevoerd door het Centre de Droit privé van de Université Saint-Louis, met als titel "Rapport de la mission d’étude visant à baliser la problématique du bail d’habitation en région de Bruxelles-Capitale". (http://www.ejustice.just.fgov.be/eli/ordonnance...)

Zie ook het integrale verslag van de interpellaties en vragen tijdens de Huisvestingscommissie van donderdag 15 december 2016.

De sta­tis­tis­che sec­toren wor­den nu gebruikt en zijn gekop­peld aan een moeil­ijkhei­dsin­dex.

Deze groepen worden geïdentificeerd in de onderstaande kaart, waarbij de lichtst gekleurde wijken de goedkoopste zijn.

In enkele wijken kon de referentiehuurprijs niet worden bepaald omdat er te weinig verhuurde woningen zijn en het dus moeilijk is om op basis daarvan betrouwbare statistieken te trekken.

De mediane huurprijs is de vastgelegde huurprijs, waarbij de helft van de huurders een lagere huurprijs betalen en de andere helft een hogere huurprijs.